login     icon mail

logo werkgroep oud heerenveen 250

Gezicht op Heerenveen
Geschilderd door Goffe Struiksma in 1951. (Collectie: Museum Heerenveen)
Crackstate en RK kerk
In het centrum van Heerenveen. (Collectie: Museum Heerenveen)
Schoterlandse Kruiskerk
Geschilderd door Durk Piebes Sjollema van 1825 tot 1835

HIP-TIME MAGAZINE 69

Ziekenhuis

Het Ziekenhuis rond de jaren 40

Wanneer de datering - jaren ’40 - van deze foto 01794 uit het archief van het museum Willem van Haren correct is aangegeven door beroepsfotograaf J.D. de Jong, Oudkerk (Fr.) mag je veronderstellen, dat de omgehakte jonge bomen daar vast niet erg lang hebben gelegen. De nijpende brandstofschaarste is misschien zelfs de reden geweest om ze te laten sneuvelen. Als het in de begin jaren ’50 is gebeurd, dan kan het de opmaat zijn geweest voor een van de vele uitbreidingen aan de Thialfzijde van het Heerenveense ziekenhuis. In 1954 is aan het gebouw een nieuwe keuken in gebruik genomen en later komt er een nieuwe entree met daarboven operatiezalen.

We doen even een stapje terug in de geschiedenis van de gezondheidszorg van Heerenveen en omgeving door melding te maken van het historische, eerste en unieke ziekenhuisje aan de Verlengde Dracht te Heerenveen. Freule Cornelia Anna Agatha Albertina baronesse de Vos van Steenwijk, afkomstig uit Beetsterzwaag, sticht in juni 1895 een particuliere verpleeginriching, treedt zelf op als directrice-verpleegster en verzekert zich van de steun van twee plaatselijke artsen. Voor vier volwassenen en twee kinderen heeft ze in het herenhuis voldoende ruimte. De freule blijkt over een kwetsbare gezondheid te beschikken (astmatisch) en vertrekt eind september 1898 om gezondheidsreden naar Zandvoort. Daar begint ze practisch direct in haar villa ‘Frisia’ een herstellingsoord voor kinderen.

Heerenveen blijkt met haar vertrek een enorme aderlating te hebben ondergaan, maar gelukkig worden er onmiddellijk initiatieven genomen om te komen tot een ‘publiek’ ziekenhuis te komen. Er wordt een voorlopig comité gevormd, die gericht is op het leggen van een stevige basis voor het voortzetten van de exploitatie van het ziekenhuis. Alle Heerenveense pommeranten worden gemobiliseerd om dit initiatief van de grond te tillen. Op 2 januari 1899 wordt een oprichtingsvergadering gehouden voor de Vereniging tot Ziekenverpleging “Het Ziekenhuis”, waarvan de presentielijst  24 namen telt. Secretaris Halbe Binnerts kan op 2 maart 1899 zijn medebestuursleden laten weten, dat de conceptstatuten hebben geleid tot de erkenning als rechtspersoon. Inmiddels wordt aktie gevoerd voor het werven van leden, donateurs, subsidies, giften, enz. Er worden spontaan bedragen geschonken, maar ook beperkende voorwaarden voor medewerking gemeld. In de bewaard gebleven archiefbescheiden van de vereniging bevindt zich een bijzonder ‘cynische’ reactie van een ‘anonymus’ uit ‘s Gravenhage, die schrijft niet mee te kunnen doen ‘aan het financieren van een ziekenhuis in het rijke Friesland’.

Kennelijk is Heerenveen nog niet rijp voor dit ingrijpende initiatief, want op 30 maart 1900 gaat een circulaire van het Bestuur van de Vereniging tot Ziekenverpleging uit naar haar leden met het besluit tot ontbinding van de vereniging. De 26e daaraan voorafgaand is aldus door de ledenvergadering besloten. De gezondheidszorg in Heerenveen is op dit punt dus terug bij af, maar heeft wel zeer motiverend gewerkt op de organisatie van de wijkverpleging. Het doel van die beweging is om door middel van één of meer gediplomeerde verpleegsters hulp te verlenen aan zieken in de ruimste zin van het woord. Dat betreft dan die zieken die hun verblijf te Heerenveen hebben of in de onmiddellijke omgeving daarvan. De op 4 juni 1901 vastgestelde statuten en verenigingsreglement van de “Heerenveensche Wijkverpleging” vinden hun koninklijke goedkeuring op 20 september 1901 bij besluit no. 20. De eerste jaren blijken door financiële problemen beslist niet gemakkelijk. Dat zal één van de achterliggende redenen zijn geweest voor ds. P.J.D. van Slooten, predikant van de hervormde gemeente aan de Fok en te Terband, om de pastorievoogden van Aengwirden over te halen een verdieping op het Aengwirder armhuis tot stand te brengen en deze in te richten als ziekenhuis. De voogden belonen zijn initiatief, geven aan architect K.R. Post de opdracht tot de realisatie en staan op 2 maart 1908 uiteraard bij de opening op de voorste rijen. De dag erna komt al de eerste patiënt, die door directrice zuster M. de Boer in het ziekhuisregime wordt ingewijd. De chirurgen van het eerste uur zijn dr. J. de Graaff, dr. G.H. de Kleyn en dr. van Schaik. Er is sprake van een moeizame exploitatie met een diepe crisis in 1911. Maar dan wordt een vereniging op algemene grondslag opgericht, die de accomodatie en inventaris overneemt en een jaarlijkse subsidie krijgt van de pastorievoogden.

De notarieële stichtingsdatum wordt gesteld op 11 mei 1911 en de naam luidt: “Vereeniging tot instandhouding en exploitatie van het ziekenhuis te Heerenveen”. De gemeenten Aengwirden, Haskerland en Schoterland honoreren de subsidieverzoeken, doch de Gedeputeerde Staten blijven van mening - net als in 1895 en 1899 - dat de instelling van té plaatselijk belang is om een subsidieverzoek voor 1000 gulden te kunnen steunen. Positief is de houding van de pastorievoogden, die in ieder geval het gebouw kosteloos in bruikleen afstaan.

Onder het inspirerende directoraat van zuster Telina Dijkstra ziet de vereniging kans haar heilzame opdracht in het tweede en derde decennium van 20e eeuw uit te voeren. In 1916 wordt de wens tot uitbreiding van de verpleegmogelijkheden al geuit, maar het duurt nog tot 4 juni 1927 dat door het Gemeentebestuur van Aengwirden vergunning nr. 857 wordt afgegeven voor de stichting van een ziekenhuis aan de Thialfweg. De bouw neemt enige tijd in beslag en al op 10 april 1929 volgt de eerste uitbreiding met de bouw van een barak voor besmettelijke ziekten met een oppervlakte van 200 m2, in twee afdelingen en met in totaal 10 bedden. (Vergunning no. 982). Het kwam uiteraard los te staan van het hoofdgebouw en op minimaal 30 meter afstand van de weg of straat. Twee jaar later - juli 1931 - is er reden om die barak al weer naar de nieuwste inzichten te herinrichten (Vergunning nr. 1089)

Opnieuw mogen we met eer noemen het nimmer aflatende werk van directrice Telina Dijkstra, die pas afscheid neemt als de nieuwe instelling goed op de rails staat. In 1935 neemt zij na 23 jaar trouwe dienst afscheid en schenkt het ziekenhuis twee prachtige gebrandschilderde ramen.

Wanneer zij in 1938 op 21 augustus ‘ s middags om half één overlijdt doet aanspreker Tjeerd Hoekstra (55) een dag later de aangifte. Zij is 65 jaar geworden en haar grafsteen bevindt zich bij de Rotondekerk van Terband. Een oud-verpleegster verschaft in 1983 bij de publicatie van een foto van mw. Dijkstra in een rubriek van de Leeuwarder Courant enige informatie over dat laatste levensjaar. Kort voor haar pensionering heeft ze een hersenbloeding gehad en raakt dan verlamd aan haar beide benen. „Zij mocht in een mooie kamer verpleegd worden. De adjunctdirectrice, zuster Froukje Hofma, woonde in deze kamer. Als gezelschap mocht ze zelf een zuster van de afdeling kiezen voor drie maanden. Daarna koos ze zelf weer een verpleegster. Je woonde dan zogenaamd in 't klooster! Eten en drinken, en haar verzorgen. Ze kreeg geregeld bezoek. De kamer stond vol mooie bloemen, iedere week andere".

De periode die daarop volgt, zal door de betrokkenen niet spoedig worden vergeten. Zeker is dat de oorlogsjaren niet ongemerkt zijn voorbijgegaan. In de voorbereidingen daarvoor mag gemeld worden dat de splinternieuwe oostelijke vleugel beschikte over een gas-en bomvrije kelder. Tijdens de oorlogsjaren krijgt deze de bestemming van lazaret voor de duitse militairen. Het dak wordt dan voorzien van een rood kruis. Die ‘inwoning’ betekent dat er ruimtenood ontstaat en is reden om barakken van allerlei soort op te richten om de taken te kunnen vervullen.

Het Ziekenhuis wordt steeds meer een dynamisch bedrijf, welke eigenlijk permanent in een staat van uitbreiding, reorganisatie, verbouw, herbouw en nieuwbouw verkeert. De dossiers van de bouwvergunning beslaat een indrukwekkende hoeveelheid. Het gemeentearchief van Heerenveen kan u uit de naoorlogse periode minstens vijftig dossiers overleggen.

In een van de eerste uitbreidingen speelt de Inspectie voor de Volksgezondheid een cruciale rol als ze Heerenveen een bericht sturen, dat het ziekenhuis in aanmerking komt voor streekziekenhuis met een capaciteit van ca. 300 bedden. Onder architectuur van M. Duintjer uit Amsterdam worden een infectiebarak, een uitbreiding van het beddenhuis, de keukenuitbreiding aan de oostvleugel als een noordelijke uitstulping en een polikliniek uit de grond gestampt. Het zusterhuis van 3 verdiepingen en 67 kamers in de ziekenhuistuin wordt in 1954 gegund aan de plaatselijke firma Van der Wijk, Schaap en Buwalda. De lijst wordt langer en langer: aanbouw röntgenafdeling (1955), mechanisatiekamer voor centrale lift (1958), verbouw operatiekamer (1958), bouw rijwielberging (1958), bouw trafo (1958), bouw verpleegpaviljoen (1959), uitbreiding polikliniek (1960), bouw nood-mortuarium (1961), bouw ketelhuis (1963), bouw bedde-en behandelhuis (1969, bouw röntgenpaviljoen (1970), uitbreiding kinderafdeling (1973), bouw school voor verpleegkundigen (1974),  bouw psychiatrische afdeling (1978), uitbreiding apotheek (1988), enzovoorts, enzovoorts.

Schaduwkant van al deze uitbreidingen is het verdwijnen van het streekje huizen aan de westzijde van het ziekenhuis, bereikbaar vanaf de Thialfweg. In de straatnamenterminologie is de naam Thialfdwarsweg in gebruik geweest en in een eerdere fase heeft de volksmond de term ‘Vetpolle’ geïntroduceerd. Over de betekenis van deze term wordt door liefhebbers van toponiemen nog heftig gespeculeerd.  Zeker is dat destijds de saamhorigheid van de bewoners wel zo groot is geweest, dat ze een deel van de Thialfweg zelf hebben aangelegd en verhard tegen een vergoeding van fl.1,50 per persoon. Op de Aerocarta-foto’s nr. 7133 en 7143 uit 1931 van “Oud Heerenveen vanuit de lucht” bepaalt dit rijtje van tien woningen mede het beeld van het oostelijk daarvan gelegen ziekenhuisterrein met fraaie tuinaanleg. Rond 1954 wordt het noord-zuid lopende weggetje verlengd en opgewaardeerd naar de Tjepkemastraat en krijgt als naam ‘Van Helomalaan’.

Met bovenstaande is uiteraard niet de gehele geschiedenis van ‘ons’ Heerenveense ziekenhuis geschreven. Het enige hoogtepunt waarmee we U uw herinneringen willen ‘updaten’ is de naamsverandering. Op 31 mei 1972 wordt door de jury uit 650 naamsuggesties voorgedragen de historisch verantwoorde naam: De TJONGERSCHANS. Ook deze gebeurtenis is beschreven door wijlen Jan de Jong in een ruim geïllustreerd boekje met de titel: “Strekkend tot heil der lijdende mensheid. 75 jaar ziekenhuis Heerenveen” (1986)                                                                

2013, november 3 - wibbo westerdijk - hip-backup

Onze sponsors: