HIP-Time 0
Het meest in het oog springend zijn een aantal landschappelijke elementen. De kenmerkende percelering met als scheiding ‘wijken’, die in een eerder tijdperk ontsprongen aan of uit-monden op de Compagnonsvaart tussen Heide-en Nieuwburen. Op deze eveneens zonnige foto van 1951 overhuift de ijzeren ophaalbrug de wijk, die de gasfabriek nog toegankelijk maakt voor praamvaart en ander waterverkeer. Deze Nieuwburenbrug en demping van de wijk maakten in de periode 1954-1956 plaats voor de rechtstreekse aansluiting van de Nieuwstraat naar de in 1945 geplaatste noodbrug over de Compagnonsvaart en het begin van de Van Kleffenslaan. Deze straat bereikt zijn voltooiing overigens pas in 1959. De nog in bedrijf zijnde vertegenwoordigers van de Heerenveense boerenstand blijken zich toe te leggen op de veehouderij. De jongste bedrijfsvoering - een veestalling met hooibergplaats - is te vinden ten oosten van de gashouder in het sierlijke stelpje, welke in de gemeentelijke woningadministratie het adres ‘Coolsingel 2’ (beter is ‘Koolsingel’) voert. In 1925 creeërt timmerman Johannes de Haan negen stallen boven een gierkolk op een oppervlakte van 12 bij 12 meter. Hij doet dat in opdracht van veehouder W.A. Koopmans, die overigens zelf woont aan de Verlengde Dracht 45. Lange tijd blijkt als gebruiker te boek te staan Jan Dijksma, die in ieder geval enige tijd woont in het achterste deel van Nieuwburen 12. Daarvan zien we op deze foto de meer dan royale tuin met bosschages achter de bebouwing van het westelijke deel van de Nieuwburen.
Het boerderijtje met extra schuur en boerenerf tussen de twee wijken - met een licht afwijkend verloop - is gesitueerd op Nieuwburen 62 en van veel oudere datum. Zeer vroeg in de 19e eeuw vindt Wijtze Jans Punter hier al een bestaan als boer en de wijk - met als verbinding tussen de oevers een ‘barte’ - loopt nog ten westen van ‘it pleatske’. Deze situatie doet de volksmond de naam ‘Oer de barte’ ontlokken. De laatste veehouder ter plekke van de in 1917
opnieuw gebouwde woning én schuur met veestalling blijkt te zijn de familie Auke Bouwer, die in de laatste helft van de vijftiger jaren zijn bestaan door de nieuwe bestemmingen van de gronden gaat voortzetten in Akkrum. Opvallend is het zgn. ‘olifantenpaadje’, dat van hun boerderij schuin door het weiland naar het geboomte weerszijden van het niet zichtbare voetpad van het Korflaantje loopt. Dit pad blijkt ook bereikbaar door de Koolsingel, welke een haakse bocht maakt naar het oosten net voorbij het schoolplein van de voormalige MULO-school. Talloze Heerenveners hebben hun zondagse wandeling naar en van het Oranje-woudster voetpad langs dit lommerrijke laantje gemaakt. De anecdote wil dat het tevens betekenis heeft gehad als het ‘Vrijerslaantje’, met name bij schemeravonden. Links onderaan op de foto is nog juist een stukje te zien van het tuinderscomplex van de bloemistenfamilie Wagter.De aanzet tot het scheiden van ‘Voormeerszathe’ van het buiten ‘Voormeer’ en het zandbed voor de toevoersweg naar de A32 om het buiten - voor de richtingen Groningen, Leeuwarden, Sneek - is reeds in ontwerp te bewonderen.
2012, maart 21 - wibbo westerdijk - hip-backup